PATERSWOLDE – Op donderdag 25 maart is op het IVN-Vlinderkampje in landgoed De Duinen, van Natuurmonumenten, een bankje geplaatst ter nagedachtenis aan Jan Egbert Bakker, vader van Renneke. Renneke heeft het Instituut voor Natuureducatie (IVN) het bankje, gemaakt door Houtzagerij Kok, geschonken en schrijft waarom.

Jan Egbert Bakker, mijn vader, werd in 1936 geboren in een klein boerderijtje aan het haventje van Haren. Als kind kwam mijn vader regelmatig in het Quintusbos in Glimmen, waar zijn oom, Gerrit Vrieling, boswachter was, en ook in de Vosbergen. Zo heeft hij mij vaak verteld over het grote kanon van de Canadezen dat in de Vosbergen stond opgesteld bij de bevrijding van Groningen. En over meester Bouwkamp die zijn schoolklas biologieles gaf in de Vosbergen. Mijn ouders hadden een winkel aan de Nieuwlandsweg. Hun leven stond in het teken van hard werken en het gereformeerd-vrijgemaakte geloof. Voor andere dingen was eigenlijk geen aandacht en al helemaal geen tijd. Maar mijn vader kon het na verloop van tijd ook in de vrijgemaakte kerk niet meer vinden. Hij begon een zwerftocht langs andere kerkgemeenschappen die eindigde in de bezwaard-gereformeerd-vrijgemaakte kerk in Bedum. Eigenlijk is mijn vader zijn hele leven zoekende geweest – wat mij niet de bedoeling van welk geloof dan ook lijkt.

Sinds het overlijden van mijn moeder in 2004 kwam mijn vader erg vaak in de Vosbergen, het decor van zijn jeugd. In 2013 liet hij mij tijdens een fietstocht het Vlinderkampje zien. Hij had het bij toeval ontdekt en was er verrukt over. Wat mij toen al opviel was hoe vertrouwd hij inmiddels met het kampje was: hij leidde mij rond alsof het om zijn eigen tuin ging. In 2019 was mijn vader terminaal ziek, hij kon niet meer naar de kerk. Toen was het ineens helemaal over: hij luisterde zelden nog naar de kerkdienst op de computer. Een dominee, ouderlingen, kerkmensen, ze hoefden van hem niet meer langs te komen. Ook op zijn eigen begrafenis wilde hij er geen dominee bij en al helemaal geen rouwdienst. Door de staar kon hij zelfs geen bijbel meer lezen.

Twee maanden voordat mijn vader stierf, vertelde hij mij dat hij het zo moeilijk had gevonden om de auto de deur uit te doen, want zonder auto kon hij niet meer dagelijks naar het Vlinderkampje. Uit de manier waarop hij over het Vlinderkampje sprak, maakte ik op dat hij op het Vlinderkampje zijn rust had gevonden: Niet in de bijbel, niet in de kerk, maar in Gods eigen natuur. Na zijn overlijden in januari vorig jaar miste ik hem op een dag heel erg. Ik stapte op mijn fiets en reed in tranen naar de Vosbergen. Eenmaal in de Vosbergen vroeg ik mij af waar dat Vlinderkampje ook al weer was, en toen ik het gevonden had, in landgoed De Duinen, gebeurde het: ik liep op het kampje en voelde mijn vader. Waar altijd een muur van Bijbelteksten, dogma’s en veroordelingen om hem heen had gestaan, ervoer ik nu contact met hem. Ik voelde de rust die hij daar had gevonden en werd er zelf ook rustig van.

Op de terugweg naar de stad kwam het idee van een bankje. Naast een herinnering aan mijn vader is het ook een uiting van dankbaarheid naar de vrijwilligers van het IVN die zo’n mooi vlinderkampje hebben aangelegd. Al jaren onderhouden zij, liefdevol en volmaakt belangeloos, het kampje. Vanwege corona kon de geplande feestelijke ingebruikname in november niet doorgaan. Afgelopen donderdag is het bankje in alle stilte geplaatst, er waren maar een paar mensen bij. Jille Eilander, het oudste werkgroep lid, en contactpersoon Tineke van den Berg hebben het bankje in gebruik genomen. Net nadat we onder een bewolkte hemel hadden getoost op het bankje en op mijn vader, kierde de zon langs de wolken. Het was alsof mijn vader glimlachte.