Sportfanaat Dick Heuvelman komt ‘sportloze’ zomer wel door

Afbeelding
Sport

“Bij VAKO – Zeijen is meer ambiance dan een wedstrijd op tv zonder publiek”


VRIES – Dick Heuvelman uit Vries wordt ook wel ‘Het Sportgeweten van het Noorden’ genoemd. Als kind droomt hij van het verslaan van de Tour de France. De geboren Groninger begint zijn journalistieke carrière bij het clubbladje van amateurvoetbalclub GRC in de stad, waarna hij een lange koers rijdt bij onder andere het Nieuwsblad van het Noorden. Daar gaat zijn droom dan ook in vervulling. Met de afgelasting van de Olympische Spelen, het Europees Kampioenschap voetbal en de uitgestelde Tour de France gaat de scherpslijper dus een zware zomer tegemoet. “Ik kom de dagen wel door hoor. Ik ben blij dat het voetbal nu weer een beetje op gang komt, maar eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik bij deze wedstrijden zonder publiek wel sneller wegloop. Bij VAKO – Zeijen is met driehonderd man publiek nog meer ambiance dan bij een wedstrijd op tv zonder publiek.”


De etappe van maandag brengt ons langs Donderen om vervolgens af te dalen naar de Dingspil in Vries. Bij aankomst zit Heuvelman op de bank de krant te lezen. Een enorme en goedgevulde boekenkast heeft een prominente plaats in de woonkamer. Een groot gedeelte van de dag besteedt hij aan die hobby. “Daarnaast loop ik veel. Kijk, dit is een stappenteller. 10.000 stappen per dag, dat lukt mij zonder problemen”, vertelt Heuvelman. De sportjournalist is nog fit op zijn versleten knie na. De knie die de journalistieke carrière van de inwoner van Vries inluidt: “Ik speelde bij GRC in de stad en we speelden tegen mijn oude club Velocitas. In duel met mijn buurman nota bene, breek ik mijn knieschijf dwars doormidden. Vervolgens zat ik maanden aan de kant, waarop ik door een gelukkige speling van het lot in de kruiwagen van Dick Monningh belandde.”


Monningh is op dat moment redacteur voor het Nieuwsblad van het Noorden en hij vraagt Heuvelman om te schrijven voor het clubblad van GRC. Het bevalt van beide kanten en niet lang daarna zoekt het Nieuwsblad een knecht voor de mensen van de sportredactie: “Of ik op zondagmiddag de telex wilde scheuren, overzichtjes van het amateurvoetbal zoals die in de Krant van Tynaarlo wilde schrijven en broodjes wilde halen voor het zestal sportredacteuren. Ik liep dus iedere zondag naar cafetaria Brander op de Grote Markt en keerde dan terug met zakken vol broodjes kroket en patat.“ In 1969 begint Heuvelman met zijn baan als algemeen verslaggever bij het Nieuwsblad. Vier jaar later treedt hij in vaste dienst en in 1976 demarreert Heuvelman naar een plek in de door hem zo felbegeerde sportredactie. Daarop volgen jaren als verslaggever bij grote wielerrondes, basketbalwedstrijden en voetbalkrakers. “Ik weet nog dat ik bij wedstrijden van Donar naast de trainer op de bank zat om aantekeningen te maken”, vertelt Heuvelman.


We vragen hem naar zijn grootste liefde, wielrennen. Hij vertelt over de Giro d’Italia die hij in 2002 hoogstpersoonlijk naar Groningen haalt. “Ik weet nog dat ik na een congres in het gebouw van de Gasunie naar toenmalig wethouder sport Henk Pijlman liep om aan te geven dat ik de Giro naar Groningen wilde halen. Hij vond het hoog gegrepen, maar ik dacht met mijn netwerk een heel eind te komen. Hij verleende zijn medewerking als ik dacht dat het me zou lukken. De ambtelijke molen draait langzaam en ik was even bang dat het op de grote stapel belandde, maar binnen een week had ik telefoon en vier maanden later zat ik bij de directie van de Giro in Milaan. Hein Verbruggen, voormalig voorzitter van de Internationale Wielerunie (UCI), bracht me daar naar binnen. Ik verkocht mijn goed voorbereide verhaal blijkbaar goed en zo lukte me het om de Italianen te overtuigen en de Giro naar Groningen te halen.”


“Het was eigenlijk een hele mooie tijd”, denkt Heuvelman met weemoed terug aan zijn loopbaan, waarin hij jarenlang als ploegleider van de sportredactie fungeert. Als hij er eenmaal over begint te vertellen, rijgt de sportjournalist de anekdotes aaneen. Teveel om in één artikel in de Krant van Tynaarlo allemaal te benoemen. “Ik heb prachtige wielerkoersen meegemaakt als wielerverslaggever, ik heb het spel Coach van het Jaar geïntroduceerd en ik heb een lange tijd een spraakmakende column gehad in het Nieuwsblad van het Noorden genaamd ‘Apart op maandag’.” De columnist maakte van zijn hobby zijn werk: “Ik heb ook nooit het gevoel gehad dat ik aan het werk was.”


De inmiddels 72-jarige Heuvelman denkt dan ook niet aan stoppen. Nog steeds is hij erg actief op allerlei vlakken. Online met zijn column ‘de Derde Helft’ en in podcasts voor diverse media. Bovendien verschijnt er binnenkort een boek van zijn hand ‘100 jaar topsport in de stad’: “Ik ben nu bezig met de laatste details.” De rest van de tijd kijkt hij naar sport: “Ik heb Ziggo, Fox Sports, Eurosport, alles. Als er sport op is, kijk ik.” De afgelopen periode was er weinig sport te bekijken en daarom zit hij afgelopen zaterdag op het puntje van zijn stoel als de ‘Kohlenpott derby’ tussen Borussia Dortmund en Schalke 04 op het programma staat. We koersen af op het einde van het gesprek: “In deze tijd mis je de sjeu van het leven, dus ik ben blij dat het voetbal weer is begonnen.” De sjeu wordt gemist, maar over de sjeu in het verleden, weet Heuvelman het mooi te vertellen voor de immense boekenkast in zijn woonkamer aan de Dingspil in Vries. Tot slot plaatsen we hem voor de camera. Fotofinish.

UIT DE KRANT

Lees ook