Vorige week werd in Westerbork de jaarvergadering van de Vrouwen van Nu Drenthe gehouden. Daar sprak de directeur van het Landelijk Bureau van de Vrouwen van Nu, Anke Vervoord heel inspirerend over vernieuwing binnen de Vrouwen van Nu. Maar zij was ook in Venlo als VN Vrouwenvertegenwoordiger aanwezig op de Floriade in het paviljoen van de Nederlandse Vrouwen Raad waarin door verschillende organisaties werd aangegeven op welke manieren vrouwen een bijdrage leveren aan een duurzame keten voor voedsel. Zij heeft daar de Floriade bezoeksters de vraag gesteld hoe zij hun aandeel zien in de keten van voedselproductie en -consumptie en duurzaamheid. Een paar van de antwoorden die zij kreeg: ‘Ik doe bewust mijn aankopen. Bij alles wat ik koop vraag ik me af of ik het wel écht nodig heb. Meestal is dat helemaal niet het geval. Niet kopen geeft op die manier een goed gevoel omdat ik daardoor bijdraag aan een beter milieu.’ ‘Wanneer ik op reis ga naar ontwikkelende landen neem ik altijd groentenzaden mee. Het weegt niets en neemt nauwelijks ruimte in beslag en wordt altijd gewaardeerd.’ ‘Ik scheid mijn afval en erger me dood aan de onnodige verpakkingen. Ik vind trouwens ook dat er te veel keuze is bijvoorbeeld in zuivelproducten. Vind je het gek dat het dan in de supermarkt over de datum gaat?’ ‘Ik heb de oorlog nog meegemaakt. Dan gooi je niets weg, mevrouw. Voor mij is een kliekjesdag heel normaal. Mijn kleinkinderen kennen het woord niet eens. Dat woord sterft uit en wij ook als we zo doorgaan. ’ ‘Ik ben vrijwilliger bij de voedselbank hier in Venlo en me daarom bewust van de geweldige voedselverspilling door fabrieken en winkels. Alleen maar omdat de schappen altijd helemaal vol moeten zijn en we blijkbaar tot ’s avonds laat nog alle keuze moeten hebben. Terwijl steeds meer mensen het moeilijk hebben in dit land om het hoofd boven water te houden. Dat klopt toch niet?’ In haar weblog schrijft Anke Vervoord: ” Soms lijken de problemen zo groot dat je de voor de hand liggende oplossingen over het hoofd ziet. Dat geldt hier ook voor. In Nederland zijn we met zo’n 7 miljoen volwassen vrouwen. Daarmee beschikken we over geweldig veel vermogen. Als opvoeder, inkoper, producent, stemgerechtigde en consument. Ik stel voor dat we beginnen met de macht van de boodschappentas en droom van een beweging van vrouwen die dagelijks afspreekt wat te kopen of juist te laten staan. Doet u mee? Vandaag kopen we Nederlandse groenten uit het seizoen. Er schijnt een overschot aan rode kool te zijn.”