In aanloop naar het Bloemencorso

“Corsowijk Hooiweg-Vogelbuurt werkt samen aan iets heel moois”   

EELDE - Op 31 augustus en 1 september vindt het jaarlijkse Bloemencorso in Eelde plaats. De komende weken kijkt de Krant van Tynaarlo, met de deelnemende wijken, vooruit op het Bloemencorso. Maar liefst veertien wijken zijn druk bezig met het bouwen van hun wagens voor de optocht. Deze week staat de wijk Hooiweg-Vogelbuurt centraal. De wijk die dit jaar pas als dertiende een ontwerp mocht kiezen voor het Bloemencorso, maar ondanks dat ontzettend blij zijn met de keuze. “Wij hebben het ontwerp ‘Stapel’ (van Huub Stapel)”, vertelt voorzitter Jenny Poelman. “Een prachtig ontwerp, waarop heel veel te zien is. We gaan zien of we dit jaar hoge ogen kunnen gooien bij zowel het publiek als de jury.”

De corsowijk Hooiweg-Vogelbuurt doet al sinds het bestaan van het Bloemencorso mee aan het evenement. Zelf is Poelman nog niet zo lang bij het corso betrokken. “Ik ben in 2006 naar Eelde verhuisd”, vertelt de voorzitter. “Mijn man kwam hier vandaan en wilde hier weer graag naar toe. Ik wilde met hem mee onder de voorwaarde dat we ons aan zouden sluiten bij een corsowijk. En dat is gelukt. Ook mijn dochter, Jolien Heerema, is bij de wijk betrokken. Sinds zo’n zes jaar ben ik nu voorzitter.” Deelnemers die al heel lang bij het corso betrokken zijn, zijn Anneke Steenbergen en Anneke Krijthe. Krijthe zit al sinds 1994 bij corsowijk Hooiweg-Vogelbuurt en hiervoor was ze al nauw betrokken bij een andere wijk. Steenbergen is zelfs al meer dan vijftig jaar fanatiek deelnemer van het corso. “Als je eenmaal begint, raak je gelijk besmet door het virus”, lacht Krijthe. Het is zo’n mooi feest.”

In de lange geschiedenis van Hooiweg-Vogelbuurt heeft de corsowijk driemaal de allerhoogste prijs behaald: de eerste en ere prijs. De laatste keer was in 1995, toen Sulawesi het ontwerp was. “Op deze wagen was zoveel moois te zien”, glundert Steenbergen. “Het was een prachtige wagen met geweldige details. Andere wijken en bewoners van het dorp liepen massaal uit om onze wagen te komen bewonderen. Dat was zo’n mooi moment.” Naast deze goede jaren van de wijk, hebben ze de jury ook wel eens teleurgesteld. “Een aantal jaren geleden maakten we de wagen Atlantis”, gaat Steenbergen verder. “We hadden, vonden wij, prachtige zeemeerminnen gemaakt. Daar waren we echt trots op. De jury beoordeelde het echter anders. Ze vonden het corso onwaardig. Dan ben je wel even heel teleurgesteld”.

Vorig jaar eindigde Hooiweg-Vogelbuurt met de plek 2C in de middenmoot. Het ontwerp, dat de wijk toen pas als veertiende koos, was ‘Sankta Lucia’. “Dit was een Scandinavisch feest”, vertelt Poelman. “We waren in het begin niet heel blij met het ontwerp, maar we hebben naar ons idee toch een goede wagen gebouwd. We hebben onder andere een wolk gemaakt, gecreëerd met meer dan 6000 plastic zakjes, die we zelf hebben opgeblazen. We hadden daarmee zo’n lol!” Dit jaar moet het voor de corsowijk gebeuren met het ontwerp Stapel. Een wagen waar ook weer heel veel op te zien is. “Het ontwerp vertelt eigenlijk het verhaal van Stapel en de films waarin hij heeft gespeeld”, gaat Poelman verder. “De films waarin hij heeft gespeeld, Flodder, Amsterdamned en De Lift, komen er allen in voor. Daarnaast wordt Stapel zelf ook groot afgebeeld. De herkenbare elementen in het ontwerp, zoals de roze Chevrolet van de familie Flodder, maken het ontwerp uniek”.

De corsowijk is al wekenlang druk bezig met het bouwen van de wagen en het schoffelen op het dahliaveld. Gezamenlijk maken ze er een prachtig feest van. “Het is zo’n leuke sfeer tijdens het bouwen en schoffelen”, vertelt Krijthe. “Je werkt samen aan een geweldig mooi ‘product’. De laatste dag eten we ook altijd samen, waardoor het saamhorigheidsgevoel bij ons ook ontzettend groot is.” Ook voorzitter Poelman is het daarmee eens. “Het is een groot feest om met het Bloemencorso mee te werken. Je werkt samen aan iets heel moois. Als iedereen plezier heeft, de wagen op de dag van het corso buiten staat en we tevreden zijn met de wagen, is het Bloemencorso voor ons geslaagd”, besluit Poelman.