Tom van der Velde: ‘Hulp geven aan mensen die dat nodig hebben, is heel vanzelfsprekend’

Afbeelding
eelde

EELDE - Al een tijdje probeer ik via de mail iemand te spreken te krijgen over het digitale café. Als ik op maandagmiddag het digitale café in Eelde binnenstap om een interview in te plannen, kijken vijf vrijwilligers me aan. ‘Oh, een gesprek voor de Krant van Tynaarlo?’ Tom van der Velde stemt onmiddellijk af met de anderen. ‘Nou, dat kan gelijk wel, hoor.’


Tom van der Velde (1946) is geboren en getogen in Foxwolde bij Roden en groeide op in een warm, synodaal christelijk gezin samen met zijn vier broers en drie zussen. Tom is de jongste zoon. ‘Je leeft niet alleen voor jezelf’ is het leidende beginsel in het gezin. Vader heeft een gemengd boerenbedrijf in Foxwolde en een petroleumhandel. Moeder is huisvrouw en sterft als Tom 13 jaar is. Alle gezinsleden helpen mee in de twee bedrijven, terwijl elk kind ook een eigen taak en verantwoordelijkheid heeft.


Na de lagere school in Roden en de lagere technische school afdeling autotechniek in Groningen werkt Tom een jaar in de garage van een autodealer in Roden. Op zijn 18e wordt hij opgeroepen  voor zijn militaire dienstplicht. Hij tekent in 1965 voor vier jaar als semiberoepsmilitair bij de technische dienst van Defensie en volgt intern de onderofficiersopleiding. In 1968 trouwt hij met Sietske Been, die hij al kent sinds de eerste klas van de lagere school. Hun dochters Anja en Wilma worden geboren. Tom is actief in de kerk en het kerkelijk jeugdwerk. Hij solliciteert in 1970 bij de Rijkspolitie en gaat als agent aan de slag bij het Korps Rijkspolitie Drenthe, met als standplaats Valthermond.  Zowel persoonlijk als beroepsmatig laat hij zich leiden door zijn levensopvatting: organisatorisch je verbinden met mensen die hulp nodig hebben. ‘Voor mij is helpen heel vanzelfsprekend, ook als politieman. Enerzijds moet ik handhaven en anderzijds help ik dezelfde persoon met iets zoals een paspoort aanvragen en zorg ik ervoor  dat de aanvraag op het gemeentehuis komt.‘ 


Tom wordt kerkenraadslid en verdiept zich in de levensvragen van jeugd en jongeren en het interkerkelijke werk. Dat geeft hem  een bredere kijk op wat mensen innerlijk beweegt.  ‘Dogma’s passen me niet’, zegt Tom. Ook beroepsmatig maakt hij veranderingen mee, als hij na zes jaar door de Drentse korpsleiding gevraagd wordt zich op het jeugdpolitiewerk te richten, met Assen als standplaats. ‘Die overplaatsing bracht me nog meer in contact met andere hulp- en dienstverleners. En bovenal kon ik me richten op de menselijke kant van het politiewerk’, glimt Tom. Dit mondt in 1987 uit in toetreding tot de afdeling Jeugd- en zedenzaken van het Korps Groningen, buitengebied. In 1981 is Tom met zijn gezin verhuisd naar Eelde en  wordt hem gevraagd om zich bestuurlijk voor de kerk in te zetten. Al spoedig krijgt het corsovirus Tom en zijn gezin in de greep en raakt hij nauw betrokken bij zijn corsowijk Hoofdweg A / Brinkhovenlaan. Vanaf 1987 maakt hij deel uit van de diaconie in Eelde en is hij zo’n 30 jaar kerkelijk bestuurder en als kerkrentmeester mede- verantwoordelijk voor de kerkelijke financiën en het beheer van alle materiële zaken.


Na de landelijke reorganisatie van de politie wordt Tom groepschef van een rechercheteam zware criminaliteit.  In de laatste acht jaar van zijn werkzame leven werkt hij als IT-er  voor de politierecherchedienst. Hij beheert de software voor deze dienst. In 2004 gaat Tom met pensioen. Uitrusten na een lange loopbaan is voor hem geen optie.  Als de welzijnsstichting Trias vrijwilligers zoekt om de computersoos op te starten in de gemeente Tynaarlo, is hij van de partij. Tot op de dag van vandaag zet hij zich in voor het digitaal café in de bibliotheek.  ‘Het is veel te leuk om mensen op weg te helpen die langskomen met vragen op digitaal gebied’. In de digitale cafés van Eelde en Zuidlaren komen wekelijks hoofdzakelijk senioren langs, die zich de digitale vaardigheden willen of alsnog moeten eigen maken. ‘Het komt voor dat bijvoorbeeld een weduwe ineens de digitale taken van haar overleden man moet overnemen, waar zij geen kaas van gegeten heeft’, verklaart Tom.  De digitale cafés vinden onderdak in de bibliotheken. De bibliotheken  zorgen voor de digitale communicatie met de overheid, terwijl de digitale cafés zich richten op de dagelijkse dingen zoals digitale belastingaangiftes, het gebruik van DigiD en internetbankieren. ‘Het is leuk om mensen digitaal op weg te helpen, om handigheidjes aan te reiken, om angst voor het onbekende weg te nemen, om te adviseren over computerveiligheid en zo verder. Het digitaal café is zeker ook een sociale ontmoetingsplaats, waar vrijwilligers én bezoekers samen oog en oor hebben voor eenzaamheid en andere sociale kwesties.’


Na het interview zijn alle bezoekers en vrijwilligers al naar huis. Volgende keer maar eens gezellig op de koffie, want zo’n digitaal café is een verbindend element in de lokale samenleving.

UIT DE KRANT

Lees ook