Uitbater ‘Bij Cosineros’ luidt hartenkreet uit de horeca

Afbeelding
de krant van tynaarlo

‘In oktober hadden we weer iets om naar uit te kijken, dat perspectief is volledig weg’


 ZUIDLAREN – Marc Willemse van grand café Bij Cosineros in Zuidlaren maakt zich zorgen. De ondernemer stuurde een hartenkreet vanuit de horeca naar de redactie van de Krant van Tynaarlo. Al 18 weken is zijn zaak, net als die van andere horecaondernemers, noodgedwongen dicht. Oneigenlijk dicht, noemt hij het. Want sluiting was totaal niet nodig geweest, stelt hij. De horecabranche had het prima voor elkaar als het gaat om veiligheid in verband met het Covid-19 virus. Van de landelijke actie Black Monday waarin de branche de schrijnende toestanden in de horeca aan wil kaarten, verwacht Willemse niet zoveel.


De Black Monday is een pijnlijke knipoog naar Black Friday, dat leidde tot enorme drukte in winkels en volle winkelstraten. De horeca wil perspectief op opening en extra financiële steun. ‘Ik ben lid van Koninklijke Horeca Nederland, ik doe mee uit solidariteit. Een gezamenlijk geluid is goed, maar ik denk dat je er verder niet teveel van moet verwachten. De economische gevolgen zijn zo hard. We hebben de afgelopen tijd zó ontzettend ons best gedaan. Best een goede zomer gedraaid na de eerste lockdown. We waren bij met de belasting. Toen kwam de volgende domper: een enorme BTW aanslag van de Belastingdienst vanwege het niet investeren een goede omzet in de zomer. En nu zijn we opnieuw dicht. Hoe dit gaat komen, weet ik niet. Het gevoel van oneigenlijke sluiting blijft naar. Hier is nauwelijks corona geweest. En de horeca was geen besmettingshaard. In september/oktober waren we weer lekker bezig. We durfden voorzichtig plannen te maken. We hadden weer iets om naar uit te kijken. Dat perspectief is volledig weg. Alles staat weer ondersteboven. We zitten in hetzelfde schuitje als in het voorjaar. In totaal zijn we nu 18 weken dicht, dat is een derde van een jaar.’


De door de overheid ingestelde ‘NOW-regeling’ dekt bij lange na niet de kosten, weet de Zuidlaarder ondernemer. ‘Het klinkt allemaal leuk en aardig, compensatie van 90 procent van de loonkosten. Maar als je het goed uitrekent dan kom je uit tussen de 60 en 65 procent. Je schiet er een enorme bak geld bij in. Dat is niet te compenseren. Het gevoel is dubbel, want dankbaarheid is er ook. Aan de ene kant is de overheid onze grootste ondersteuner, aan de andere kant de grootste schuldeiser, zegt Willemse die –ook al zou er groen licht zijn- het sowieso niet voor elkaar had gekregen om met de kerstdagen open te kunnen. ‘Er zitten zoveel ketens achter het systeem, telers, brouwerijen, het heeft veel tijd nodig om alles op te starten. En dan heb ik het nog niet over leveringsproblemen die hoe dan ook gaan komen.’ Ondanks het gitzwarte scenario voor de horeca, is Willemse ervan overtuigd dat zijn zaak overeind blijft. ‘Als wij het niet redden, redt 70 procent van de horeca het niet.’ De ondernemer schreef het volgende stuk:


Een hartenkreet uit de horeca!


‘De discussie over de Corona-maatregelen is volop gaande. Het einde van de huidige gedeeltelijke lockdown lijkt nog niet in zicht. Waar sommige sectoren in de economie juist nu floreren, sterft de horeca inmiddels langzaam maar zeker een pijnlijke dood. Ondernemer Marc Willemse van restaurant Bij Cosineros uit Zuidlaren is verdrietig: hij bood zijn gasten het afgelopen jaar volop veiligheid maar mag toch de deuren niet openen. Waar zit de gerechtigheid? ‘Ik word stukgemaakt door Nederland.’


De dagen worden korter, we naderen de donkere weken voor kerst. Normaal gesproken de periode dat het gezellig wordt in onze dorpskernen en winkelstraten. Verlichting wordt opgehangen, Sinterklaas doet zijn intocht, winkels maken hun etalages mooi, de kerstmarkten vinden plaats. Hoe anders is de sfeer in dit jaar. Alle traditionele feestelijke activiteiten zijn geschrapt. Verlichting en versiering zijn er nog wel – zelfs eerder dan normaal – maar toch is het anders. Restaurants en cafés zijn nog steeds gesloten. En hun heropening laat nog wel even op zich wachten, zeker nu de besmettingscijfers niet dalen.


Dat doet mij en veel andere horeca-ondernemers groot verdriet. Langzamerhand bekruipt me het gevoel dat ik word stukgemaakt door Nederland. Niet bewust maar wel met die uitwerking. Er zijn inmiddels dusdanig veel regels geïntroduceerd die bovendien vaak ondoorzichtig zijn, overlappend, tegenstrijdig en onvolledig – we zien door de spreekwoordelijke bomen het bos niet meer. Op deze manier wordt het mij als gepassioneerd horecaondernemer onmogelijk gemaakt mijn restaurant voort te zetten.


Al vanaf het begin hebben meerdere mensen en ook instanties gezegd dat de restaurants best open hadden kunnen blijven. Waarom is daar dan toch niet voor gekozen? De crux zit hem waarschijnlijk in de genoemde regels. Doordat deze steeds moeilijker te handhaven zijn en doordat bij voorbeeld niet uit kan worden uitgelegd wat wel en wat niet een restaurant is. Hierdoor wordt door de overheid alles maar over één kam geschoren – dan zijn we van de discussie af – en blijft dus álle horeca dicht. Ik vind dat te triest voor woorden. En met mij vele collega’s: zie de protesten die nu in het zuiden van Nederland al voorkomen en waarbij verschillende ondernemers hebben aangegeven half januari weer open te gaan – regels of niet.


Mijn conclusie is dat het gezonde verstand in Nederland niet voldoende blijkt om veilig, goed en gezond te ondernemen. Met het team van mijn restaurant hebben we ons continu aangepast aan de steeds wisselende regels en ons gehouden aan de voorschriften – en nog meer dan dat. We hebben gewerkt met intakes, het eten en drinken met trolley’s aangereikt en de afstanden in acht genomen. Daarbij hebben we ook steeds de gasten op hun eigen verantwoordelijkheid gewezen.


Natuurlijk wil ik ook dat we met zijn allen door deze pandemie heenkomen. Ik hoop alleen, dat we dat einde van deze golf als sector en als individuele ondernemingen nog gaan halen. De bottom line is dat mijn gasten tussen de twee sluitingsperiodes zich bij mij veilig hebben gevoeld en dat ook regelmatig hebben laten weten. We hebben ze zelfs met de regels een plezierige, aangename tijd kunnen bezorgen. In deze moeilijke tijd is die ontspanning een groot goed. Daarom, dames en heren politici en deskundigen: ik wil weer open!’

UIT DE KRANT

Lees ook